
In een interessante serie artikelen over privacy gaat The Wallstreet Journal in op online privacy. Items als Facebook, marketing datamining en ook het 'Grote Privacy Debat' komen aan de orde. Een opvallende statement uit een artikel in het 'Grote Privacy Debat' is “The very idea of privacy is under threat”.
Deze uitspraak lijkt een dichotomie aan te geven tussen de jongere en oudere generaties webgebruikers. Het vermogen om de voordelen en factoren van privacy te gebruiken en te begrijpen lijkt weg te vallen, volgens Carr (2010). Het idee dat privacy een andere invulling krijgt wordt ondersteund door verschillende berichten die elk een ander verhaal vertellen. Volgens een onderzoek door universiteiten van Pennsylvania en Californië blijkt dat bijvoorbeeld jongeren wel bezorgd zijn om hun online privacy, maar gaan ze er vanuit dat de overheid dit voor hun rekening zal nemen (Dewitte, 2010). Andere bronnen geven echter aan dat de generatie nieuwe media-gebruikers de marketeers zal dwingen om zich aan te passen (Zijlstra, 2006).
Dit spanningsveld lijkt te ontstaan doordat er verschillende maten voor privacy worden gehanteerd, zoals het offline-concept voor privacy tegenover het online-concept voor privacy. Een ander voorbeeld is niet alleen dat er gegevens worden verzameld, maar ook wat ermee gedaan wordt. Dit is door The Wallstreet Journal meegenomen toen zijn een ranglijst met privacy-gevoelige websites maakten. Hierbij werd ook gekeken naar wat de eigenaren van de websites zeiden dat er gedaan werd met de informatie. Een ander voorbeeld hiervan is afkomstig uit het gastcollege van Okhuijsen van Bits of Freedom; wanneer de politie naar aanleiding van een misdrijf een sms-je zend naar mogelijke getuigen, dan tellen deze mee als verdachten. Hiermee wordt het concept 'onschuld tenzij anders bewijzen' omgedraaid naar 'schuldig tenzij anders bewezen'.
Het spanningsveld dat merkbaar is door de discussie over privacy, zou mijn inziens baat hebben bij een discussie over wat online en offline privacy eigenlijk inhoudt. Zijn er verschillen of juist niet? Is het mogelijk om aanspraak te maken op de huidige wetgeving rondom offline privacy? Wat vindt men zelf? Is privacy het verzamelen van gegevens, of het gebruiken van gegevens? Welk soort privacymisbruik is erger; die door de overheid of die door bedrijven? Voordat er een discussie over maatregelen kan plaatsvinden, is het belangrijk te weten waarover we het hebben. Dit cruciale punt wordt heel vaak vergeten, en een eerste taak van de overheid is duidelijk maken waar we het over hebben als we het hebben over privacy.
Bronnen
Carr, N. “Tracking Is an Assault on Liberty, With Real Danger” [2010] WSJ. Article – 30-10-2010
http://online.wsj.com/article/SB10001424052748703748904575411682714389888.html
Dewitte, D. “Ook jongeren bezorgd om online privacy” [2010] Dutchcowboys. Online – 30-10-2010
http://www.dutchcowboys.nl/online/19481
Zijlstra, W. “Marketing voor jongeren is het spel meespelen” [2006] ZBC Kennisbank. Marketing – 30-10-2010
Geen opmerkingen:
Een reactie posten